Een screening die een school zelf uitvoert, bijvoorbeeld de dyslexiescreeningstest, is een instrument dat gebruikt kan worden om te kijken of de lees- en spellingsproblemen van een kind mogelijk te maken hebben met dyslexie.
De poortwachter dyslexie voert een dergelijke screening niet uit. De poortwachter beoordeelt een dossier van een leerling om advies te geven over verder onderzoek naar dyslexie. De poortwachter controleert of er voldoende hulp geboden is op school, wat de leerontwikkeling van het kind is en of er mogelijk sprake is van andere factoren waardoor een leerling het lezen en/of spellen moeilijk onder de knie krijgt. Een screening die een school zelf uitvoert kan onderdeel zijn van het dossier dat de poortwachter leest.
Wanneer er sprake is van een vermoeden van ED, dan zal dit door school met ouders worden besproken. Ouders en school kunnen dan overgaan tot het indienen van een verzoek tot nader onderzoek. Voordat het onderzoek kan worden gedaan komt het dossier bij de poortwachter dyslexie SWV de Eem. Deze onafhankelijke orthopedagoog/psycholoog met kennis van dyslexie, screent het dossier. De poortwachter geeft advies over de toegang tot de vergoede zorg.
Klik hier voor het stappenplan.
Het dossier van de leerling kan doorgestuurd worden naar de poortwachters wanneer de leerling tot de zwakste 10% behoort wat betreft woordlezen. Dit betekent concreet dat leerlingen met een E-score/V-(min)-score op lezen– mits vastgesteld op minimaal drie opeenvolgende hoofdmeetmomenten en na aanbod van extra zorg/specifieke interventies (minimaal twee interventieperioden van elk 10-12 weken lang) – kunnen worden doorgestuurd naar de vergoede dyslexiezorg.
Dyslexie gaat relatief vaak samen met andere ontwikkelingsstoornissen, zoals ADHD, ASS, OCD, DCD en TOS. Het is aan de zorgaanbieder om te kijken in hoeverre de andere stoornissen invloed hebben op de mogelijke dyslexiebehandeling. Het is aan de zorgverlener om op basis van het onderzoek te bepalen of de dyslexiebehandeling bij een kind uitvoerbaar is of dat een andere zorgroute de voorkeur heeft. Afhankelijk van eventuele bijkomende (subklinische) klachten of problemen, zal hier in het zorgplan en/of behandelplan ook aandacht voor worden ingeruimd. Wanneer de behandeling van de comorbide stoornis bij een andere zorginstelling plaatsvindt dan de dyslexiebehandeling, is het cruciaal dat beide instellingen en/of behandelaren een nauwe samenwerking aangaan om beide behandeltrajecten zo effectief en efficiënt mogelijk te laten verlopen.
De poortwachters volgen de richtlijnen die zijn opgesteld door het Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie (NKD). Het NKD heeft een protocol ontwikkeld waar de criteria en de kenmerken van vergoede zorg voor ernstige dyslexie (ED) zijn beschreven. Meer weten? Kijk ook op nkd.nl.
De vergoedingsregeling richt zich op de leerlingen die de meeste hinder ondervinden van hun problemen met het lezen. Het gaat om leerlingen waarbij sprake is van een forse achterstand bij het lezen van woorden, maar waarbij ook gerichte, extra begeleiding op school onvoldoende verbetering oplevert. Deze groep van kinderen met een vermoeden van ernstige dyslexie is het meest gebaat bij diagnostiek en eventueel behandeling in de gezondheidszorg. Het is aan de diagnosticus om te bepalen of er sprake is van ernstige dyslexie.
Ga in gesprek met ouders en geef aan dat de school het verzoek heeft ontvangen via de poortwachter. Wordt na het gesprek samen besloten dat het dossier niet verder wordt ingevuld, dan kan school op de website dyslexie.swvdeeem.nl de aanvraag weigeren. Dat kan door naar het dossier van het kind te gaan. Let op: de aanvraag dient dan wel bij school te liggen (school moet de vragenlijst invullen).
Nee, dat hoef niet. In de vragenlijst kan verwezen worden naar het ontwikkelingsperspectief-plan en dit vervolgens als bijlage bijvoegen.
Let op: als je verwijst naar het ontwikkelingsperspectiefplan dan moet wel alles erin staan volgens de NKD-criteria.
Wij vragen om een uitdraai van het cito LVS waarop alle toetsen staan die tot nu toe bij het kind zijn afgenomen.
Wij zijn bereikbaar via mail dyslexie@swvdeeem.nl
Nee, dit valt niet binnen de functie van de poortwachter. De ondersteuningsspecialist van het SWV de Eem kan dit wel doen.
Neem direct contact op met de poortwachter via mail dyslexie@swvdeeem.nl. Hier kan je ook een terugbelverzoek achterlaten.
Ja, dat kan. Wanneer je inlogt op dyslexie.swvdeeem.nl, kun je de schoolvragenlijst downloaden.
Schakel het wijkteam en/of sociaal team in. Willen ouders dit niet? Zoek contact met het informatiepunt passend onderwijs voor ouders (IPPOO) of overweeg of de school zelf de ouders kan ondersteunen.
Het dossier dat de school aanlevert bevat:
Het dossier wordt getekend door de directeur van de school, namens het bevoegd gezag.
Wanneer online de vragenlijst wordt ingevuld, wordt er automatisch om alle bovenstaande gegevens gevraagd. Ook wordt gevraagd om een aantal verplichte documenten te uploaden. De poortwachter zal contact opnemen als de informatie nog onvoldoende volledig is.
Voor het onderbouwen van een vermoeden van dyslexie is het belangrijk dat er bij de beoordeling van lees- en spellingresultaten gebruik wordt gemaakt van de juiste normgroep. Dit kan een probleem opleveren bij een leerling die is blijven zitten of een klas overslaat. Bij een doublure of versnelling verschilt namelijk de didactische leeftijd (DL) van een leerling met de didactische leeftijd van de leerlingen in zijn groep. Voor lezen en spelling kunnen de scores omgerekend worden. Voor meer informatie zie de richtlijn ‘Omgaan met doublures’
Veel kinderen met dyslexie blijven problemen houden, ook nadat de behandeling is afgerond: dyslexie heb je voor het leven. Als de behandeling stopt, dan mag je verwachten dat de behandelaar een eindverslag opstelt. Dit eindverslag wordt besproken met ouders, soms (en dat heeft de voorkeur) zit daar ook iemand van school bij. De behandelaar kan gerichte aanwijzingen geven voor de aanpak op school of geeft specifiek behandelmateriaal mee waar op school mee gewerkt kan worden. Een leerling die uit behandeling komt heeft baat bij voldoende ondersteuning op school. Hoe die ondersteuning eruit ziet is inderdaad afhankelijk van de ernst en de aard van het probleem en de motivatie van de leerling. Het is belangrijk dat de verschillende partijen – ouders, school, kind – rond de tafel zitten om de mogelijkheden en onmogelijkheden te bespreken. Het is wenselijk om de afspraken vast te leggen, bijvoorbeeld op een dyslexiekaart.
Aanpakken die kunnen worden ingezet bij kinderen met lees-/spellingproblemen dan wel dyslexie worden besproken in hoofdstuk 4 en 5 van het Protocol Leesproblemen en Dyslexie voor groep 5 tot en met 8. Het herziene Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs (hoofdstuk 5 tot en met 8) biedt daarop een mooie aanvulling (zie voor een digitale versie: http://www.dyslexiecentraal.nl. Ons advies is om niet te lang te wachten met het inzetten van compenserende hulpmiddelen. Vaak worden deze middelen pas in het voortgezet onderwijs ingezet, terwijl kinderen op de basisschool ook veel baat kunnen hebben bij het werken met deze middelen. Voor meer informatie over hoe het VO omgaan met compenserende hulpmiddelen, zie Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs, hoofdstuk 9 en 10.
Neem contact op met dyslexie@swvdeeem.nl
Meld in het onderwerp dat het gaat om een nieuw account.
Via de mail ontvang je meer informatie.
Het kan zijn dat ouders hun kind nog niet aangemeld hebben. Mocht dat wel het geval zijn, dan is de intern begeleider mogelijk niet gekoppeld aan het dossier. Neem per mail contact op met de poortwachter via dyslexie@swvdeeem.nl.
Zodra ouders het dossier hebben ingediend, ontvang je een mailnotificatie. Dit geldt ook als er wijzigingen zijn in het dossier. Als je inlogt op de portal van swvdeeem.nl, dan kun je zien wat de status van het dossier is. Een groen rondje betekent dat deze stap is voltooid, een oranje rondje betekent dat de stap daar is en een rood rondje (alleen bij de zorgaanbieder) betekent dat de zorgaanbieder het dossier geweigerd heeft.